Bron: Gazet van Antwerpen, 30 augustus 2021
De échte leerkracht wiskunde is een bedreigde diersoort, net als alle andere leerkrachten trouwens. Maar wiskunde blijft toch binnen alle vakken een speciaal diertje. Niet iedereen is er door gepassioneerd en het vraagt een zekere doorzetting. Er komt terminologie bij kijken die je nergens anders terug gaat vinden.
Wanneer ik kijk naar mijn eigen wiskunde 5 klas, dan zijn we daar met nog maar 6 tot 7 personen per les. Vergelijk dit met de startklas, Wiskunde 1, van 26 studenten en je komt tot een toch wel schokkende vaststelling.
Het specifieke van wiskunde maakt dit ook wel degelijk tot een werkelijk probleem zoals het artikel correct aanhaalt. Wanneer je als leerkracht les gaat geven aan leerlingen/studenten die later in hun loopbaan voor wiskundige richtingen gaan kiezen, dan moet het juist zijn. Nog meer sinds de start van de modernisering van de tweede graad secundair onderwijs. Hierin hebben taalkundige richtingen, zoals Latijn, ook steeds het zwaarste leerplan van wiskunde. Het is belangrijk om leerkrachten te hebben die de materie niet enkel correct aanbrengen maar ook in staat zijn de problemen bij leerlingen die minder voeling met wiskunde hebben, te herkennen en waar nodig bij te sturen.
Hiermee kom ik op het tweede luik van dit artikel. Het belang van vakspecifieke differentiatie en evaluatie. Een onderwerp dat zo ontzettend belangrijk is in het licht van de modernisering van de tweede graad. Leerlingen moeten correct gemotiveerd, aangestuurd en geëvalueerd worden. Dit kan enkel gebeuren door leerkrachten met een grondige kennis van de materie. Het volstaat niet om enkel via het bordboek les te geven.
Binnen de modernisering moeten leerlingen nu op 3 assen geëvalueerd worden. Enkel hiermee kan een duidelijk beeld gevormd worden over welke keuze de beste is voor de leerling bij de overgang naar de tweede graad. Om dit grondig te kunnen doen, is een ruime kennis van het leerplan en de bijhorende wiskunde vereist. Hoe kan ik een oefening verdiepen zodat meer getalenteerde leerlingen er hun voordeel uit halen? Hoe evalueer ik op het niveau van stijgende abstractie? Deze vragen moeten telkens opnieuw gesteld worden. Meer dan welk vak ook bouwt wiskunde steeds verder op voorgaande kennis. Als leerkracht wiskunde moet je dan ook kunnen vaststellen waar het probleem precies is. Een leerling kan mogelijk niet volgen omdat hij of zij het jaar ervoor iets niet begrepen heeft. Er moet dan precies worden vastgesteld wat zodat er ook doelgericht op ingegrepen kan worden.
Andere leerkrachten kunnen inspringen bij nood, maar een leerkracht wiskunde blijft een vereiste voor een correcte opbouw van het vak.
0 Reacties